Nieuwsbrief | februari 2024 Expertisecentrum “We onderzochten dit door de netto besteedbare inkomens uit sociale bijstand, sociale zekerheid en arbeid te vergelijken met de hoogte van het referentiebudget voor verschillende typegezinnen. Op deze manier gaan we na of gezinnen voldoende financiële middelen in handen hebben om volwaardig te kunnen deelnemen aan de samenleving. We concluderen dat het inkomen uit een minimum werkloosheidsuitkering of sociale bijstand te laag ligt om menswaardig te kunnen leven wanneer je een woning huurt op de private huurmarkt. Ook wanneer een volwassene in het gezin voltijds werkt aan een minimumloon (GGMMI) is het inkomen vaak ontoereikend, zeker wanneer er extra uitgaven aan te pas komen zoals kinderopvang of een eigen wagen. Voor gezinnen met kinderen, zijn de bedragen uit de kinderbijslag (incl. sociale toeslag) in de verschillende regio’s onvoldoende om de minimale kost van kinderen te dekken. Deze tekorten zijn groter bij oudere kinderen. Wat is de impact van sociale correcties? Voor Vlaanderen bestudeerden we ook de impact van tien veel voorkomende sociale correcties zoals de verhoogde tegemoetkoming en het sociaal tarief energie en water. Wat blijkt? Zelfs wanneer gezinnen met een minimuminkomen deze sociale correcties uitputten, blijft de kloof vaak nog te diep om te overbruggen. Het verlagen van de huisvestingskost door middel van de huurpremie of een sociale huurwoning, maken wel een wezenlijk verschil. Er is echter een groot tekort aan sociale woningen, met lange wachtlijsten als gevolg. Loont het om te werken? Ten slotte onderzochten we of het loont om over te stappen van een leefloon of minimum werkloosheidsuitkering naar een job met een minimumloon of laag loon (2/3 van het mediane loon in België). We zien dat een voltijds loon een belangrijke financiële stap vooruit kan betekenen. Maar wanneer gezinnen geen toegang hebben tot betaalbaar openbaar vervoer en/of betaalbare kinderopvang daalt dit voordeel. Vooral de kost van een eigen wagen weegt zwaar door. Bovendien zien we dat de minimumlonen op zich vaak te laag liggen om volwaardig te kunnen deelnemen aan de samenleving. Een inkomen uit een voltijds laag loon is voor de meeste gezinnen (net) toereikend zolang er geen bijkomende noodzakelijke uitgaven zijn. De gezinnen kunnen echter geen financiële reserves opbouwen. Voltijds werken is om verschillende redenen zeker niet altijd haalbaar of wenselijk. We zien echter dat werken aan een halftijds laag loon voor mensen met een minimumuitkering (bijna) geen financieel voordeel oplevert. Bovendien is het inkomen in dat geval voor geen enkel gezin voldoende om menswaardig te leven. Sommige maatregelen, zoals de socio-professionele vrijstelling en de inkomensgarantie-uitkering kunnen hieraan tegemoet komen zodat een deeltijdse job meer loont, maar ze worden in de praktijk heel weinig toegepast.” Download het volledige rapport |